Pepermolentje

De pepermolen kan de prullenbak in. Gisteren kocht ik een nieuw potje zwarte korrels, zo een met draaidop om te malen. Bijna wilde ik de oude weggooien toen ik zag dat er nog een peperkorreltje in zat. En iets weggooien of terugzetten als er nog één bewoner inzit, dat kan ik niet. Zit er nog een aardappel in de zak na het kilootje schillen, dan mag hij mee de pan in. Die laatste sinaasappel in het netje wordt ook uitgeperst, al zijn de glazen vol. Een augurk laat ik ook niet alleen achter in z’n potje, dan maar een traktatieprikkertje extra. En is in de bloembak geen plek meer voor die ene, laatste tulpenbol? Dan prop ik hem toch ergens in de aarde.

Met mijn fiets voel ik iets vergelijkbaars. Staat hij bij mijn terugkomst ver afgezonderd van de andere fietsen in de stalling, vind ik dat zielig (helaas heb ik op het station te vaak meegemaakt dat hij er helemaal niet meer stond maar vervoerd was naar een, weliswaar gezellige, maar ver gelegen loods van Stichting De Opstap voor niet goed geparkeerde fietsen). Ook een sneu aanblik: onze kliko die als enige nog langs de straat staat, terwijl de andere alweer naar hun tuin gehaald zijn.
Toch heb ik het vooral bij spullen die beperkt houdbaar zijn. Een postzegel in z’n uppie op zo’n velletje kan. Maar een toch al bescheiden, nietig leven als dat van een augurkje of peperkorrel mag gewoon niet eenzaam eindigen.

Recent Posts

Leave a Comment